Suriname, de Nederlandse Antillen en Aruba waren tijdens de Tweede Wereldoorlog niet bezet, maar raakten wel bij de oorlog betrokken. Geraffineerde olie uit Curaçao en Aruba en bauxiet uit Suriname – een grondstof voor aluminium – waren van essentieel belang voor de geallieerde oorlogsindustrie. Engelse en Amerikaanse militairen kwamen deze industrieën beschermen. Hun aanwezigheid bracht nieuwe welvaart en een nieuwe, lossere levensstijl, maar stimuleerde ook het streven naar zelfstandigheid. Dit proces werd versterkt doordat de contacten met het moederland verbroken waren. Desondanks leefde de bevolking hartstochtelijk mee met de gebeurtenissen in Europa. Er werden inzamelingen en hulpacties georganiseerd en veel Surinamers en Antillianen vochten in geallieerde dienst. De weinige Surinamers, Antillianen en Arubanen in Nederland hadden een relatief groot aandeel in het verzet. Wereldoorlog in de West geeft een levendig beeld van deze vergeten geschiedenis. Geschreven door Liesbeth van der Horst, en uitgegeven bij de gelijknamige tentoonstelling in het Verzetsmuseum Amsterdam. Aspha Bijnaar en anderen tekenden voor het onderzoek.